maandag 1 november 2021

martinique

Martinique, januari-mei 2021


Aankomst Martinique, ankerbaai bij Le Marin

De eerste weken op Martinique hebben we ons vooral toegelegd op het groot onderhoud, de boot is al een paar jaar niet uit het water gehaald, de antifouling moet weer aangebracht worden. Daarnaast moet het probleem van de gebroken roerbouten opgelost worden, en ook dat kan alleen als de boot op de kant staat. Verder zijn we niet helemaal tevreden met de opbrengst van de zonnepanelen, ook daar willen we eens goed naar kijken. Elke dag de motor aanzetten om de accu's weer op peil te krijgen is NIET leuk, het maakt lawaai, kost diesel en is bovenal slecht voor het milieu. Ook omdat eiland hoppen nog steeds niet mogelijk is zonder quarantaines en dure pcr-testen, besluiten we voorlopig hier maar even te blijven. 

We halen overal onze informatie op zowel lokaal bij Carib Metal, als bij Jefa steering in Denemarken en Remco Sol, de bouwer van de boot. Ook Arjan de Boer van AJB Yachting en onze walkapitein Arie, hadden goede adviezen. Iedereen werkte goed mee, heel erg fijn. Bij Carib Metal hebben we regelmatig een gesprek met Pilo, een vreselijk aardige en kundig technicus. Hij haalt ons ook over om een frame achterop te laten maken voor een groot zonnepaneel in plaats van panelen aan de zeereling. Wij zijn huiverig om het sportieve uiterlijk van de boot aan te tasten, maar hij verzekert ons dat het mooi in lijn van de boot zal blijven. 

Daarnaast maken we afspraken met de werf om de boot uit het water te halen. Alles lukt goed, maar het is wel druk, we moeten wel een paar weken wachten voor dat alles gepland is.

Ook zelf hebben we nog wel wat klussen te doen zoals groot motoronderhoud, zeilen reparatie, de luikafdichtingen nazien en een nieuwe hoes voor de bijboot en de gebruikelijke kleine dingen die je dagelijks ontdekt.













Intussen gaan we wat van de omgeving van Le Marin bekijken, maar het eiland verder verkennen doen we als alles afgerond is. Aan boord is nog genoeg te doen.

Na enige tijd gaat de boot op de kant en kunnen we aan de slag, poetsen en schilderen is wel wat naders in deze hitte, maar het is te doen. Het roer te laten zakken is wel een probleem, de roerkoning zit muurvast. Gelukkig helpt Pilo mee, en met behulp van een forse poelietrekker lukt het om er beweging in te krijgen. Als het roer naar beneden is wordt de oorzaak van het probleem duidelijk. Het gat waar het bovenlager inzit is te groot, bij de montage heeft men dit met kit opgevuld, maar dat is inmiddels vergaan. Een wat knullige productiefout die we van de Winner werf niet verwacht hadden. We lossen het op dor het gat met polyester op te vullen totdat het bovenlager precies past en de bouten alleen maar de functie hebben om de zaak op zijn plaats te houden. En ook gaan we iedere keer als de boot de kant op gaat, het roer even laten zakken en inspecteren. Zo leer je iedere keer wat.

Het frame voor het zonnepaneel is gemonteerd. De grote kraan er naast staat er voor de show bij....

De boot kan het water weer in en we kunnen wachten totdat het frame klaar is. Het zonnepaneel is al aangeschaft, de bekabeling en de regelaar kunnen we alvast aan gaan leggen en aangesloten worden. Als dan enige tijd later het frame meren we nog voor een dagje af bij de werf, waar deze gemonteerd wordt. Hiervoor is een deel van ons achterhek afgezaagd (dat doet echt pijn!), en er is een dikkere buis opgelast. Nu hebben we stroom genoeg, dachten we, maar helaas, er wordt amper bijgeladen! Blijkt na veel onderzoek en hulp op afstand van Bob, dat de laadstroom naar de startaccu gaat! Gelukkig is dit snel verholpen. Het resultaat is geweldig, we hebben stroom genoeg voor alles en hebben zelfs nog over om de waterkoker te gebruiken, dat scheelt heel veel gasverbruik.

De bijboot krijgt een UV beschermhoes.



Nadat de klussen geklaard zijn gaan we naar de baai van St Anne, waar we een mooie ankerplek vinden met uitzicht op Club Med. Omdat dit resort gesloten is vanwege de Covid, kunnen we gebruik maken van het prachtige strand, wat ook een leuke snorkelplek bleek.  Ook hebben we daar mooie wandelingen gemaakt over het schiereiland met de mangroves en naar de oostzijde van het eiland waar de Atlantische Oceaan op losbeukt. Martinique blijkt een in landschap veelzijdig eiland te zijn, soms dor, vulkaanebied, soms met hele weelderige bossen, waarin lopen echt een kunst kan zijn. Zeker als het dan ook nog keihard regent, want juist, daarom is het bos zo groen.

Boswandeling
Waterpunt langs de weg, zo uit de heuvels









Met name bij St Anne hadden we regelmatig contact met andere zeilers van over de hele wereld, en natuurlijk ook uit Nederland, en regelmatig zaten we bij elkaar op de borrel.

Sunset over over de ankerbaai


Slaven monument

Ook huren we nog een auto om heel Martinique te bekijken, we maken hier we mooie wandelingen en zien prachtige watervallen, waar we dan ook wel onder willen staan. Onze uitstapjes met de auto lukken nog net op tijd, de Covid besmettingen gaan ook hier pieken, waardoor er veel dicht gaat en je niet ver mag reizen.

Afkoelen onder de waterval
















De lock down-controle op zeilboten is gelukkig niet streng en we gaan weer zeilen om andere baaien aan te doen. De mooiste is toch wel Anse Noir, een kleine baai met zwart zand. Met name op de door-de- weekse dagen was het erg rustig en vaak hadden we de baai voor ons alleen. Ook was dit een super mooie snorkelplek, de zeeschildpadden zwommen om je heen.


Ankerbaai Anse Noir, met het zwarte vulkaan strand


Lokale vissers in Anse Noir met hun speciale vistechniek









Zeilend langs Diamant Rock was erg imposant



De rijdende groenteboer, met overheerlijk fruit, 



Het resultaat

Inmiddels is op Martinique het vaccinatie programma opgestart, alleen de lokale bevolking geeft er niet veel gehoor aan. Hierdoor ontstaat er een overschot en die willen ze gelukkig wel kwijt aan geïnteresseerde zeilers. Wij maken daar dankbaar gebruik van, hoewel dat wel betekent dat we wat langer op Martinique blijven, maar dat hebben we er graag voor over. En nog voordat we in Nederland aan de beurt zouden zijn geweest, zijn we hier volledig gevaccineerd met het Pfizer vaccin! Dat was heel fijn, maar kostte toch wel zo’n zes weken. Het weer gaan zeilen lokte, maar we moesten nog even geduld hebben. Zo stond Guadeloupe op het lijstje en ook St. Vincent en de Grenadines. De eerste werd vanwege de Covid weer gesloten, en op St Vincent, ongeveer 100 kilometer van ons verwijderd, besloot de vulkaan La Soufriere uit te barsten: het werd zelfs zwart van de as op onze boot. Dus ook geen eiland om te bezoeken.


Gevaccineerd op Martinique


Inmiddels hebben we onze tweede vaccinatie ook gekregen en kunnen we verder. Op Grenada hoef je niet meer in quarantaine als je volledig gevaccineerd bent, dat geeft hoop. We maken nu het plan om door te gaan naar het eiland Carriacou, deel van Grenada, om vervolgens naar Grenada te gaan . Van daaruit dan door naar Bonaire en Curaçao, om veilig te schuilen voor de orkanen in het orkaanseizoen. De andere eilanden in de Carieb zullen we dus (nog) niet aandoen, op zich wel jammer, maar dat is dan maar zo.

Hoewel Grenada dus wat soepeler is naar reizigers, is het toch wel een gedoe om er te komen; zowel een PCR test op Martinique als bij aankomst op Carriacou is vereist. Op Martinique is die gratis maar op Carriacou kost die 150 USD pp. Daarnaast moet je vooraf alles online toestemming vragen en aanmelden. Ontspannen eiland-hoppen is er nog steeds niet bij. Maar het lukt en op 20 mei kunnen we vertrekken.   


Vertrek uit Martinique



vrijdag 23 juli 2021

 

Suriname 21 november 2020, 9 januari 2021.

 

Ons verblijf in Nederland was dus niet twee weken, maar tien maanden. De polsbreuk was absoluut niet genezen toen het gips eraf kwam, en de arts gaf aan een complexe operatie te moeten uitvoeren. Dat was de eerste vertraging, we moesten de terugreis uitstellen tot begin april. Maar vanwege de plotselinge corona uitbraak ging alles op slot en konden we voorlopig niet meer terug!!

 Gelukkig konden we logeren bij familie en vrienden, vooral fijn was het om een aantal maanden in het huis van Lisette en Rutger in Utrecht te blijven omdat zij in Thailand vast zaten. Het enige voordeel van dit alles was dat Yolanda voldoende tijd en gelegenheid had voor de revalidatie, en herhaal-bezoeken in het ziekenhuis. Ook konden we in de zomermaanden met de motor naar het appartement in Les2Alpes waar we nog mooie motortochten en bergwandelingen gemaakt hebben.

In Les 2 Alpes

Op de motor de Galibier op

Onderweg naar Lac de La Muzelle

 

Dit verzachtte het gemis van de reis en de boot wel een beetje, maar de onzekerheid wanneer we weer terug kunnen was bijzonder vervelend. Temeer dat we heel weinig bagage bij ons hadden en de boot niet 'geconditioneerd' hadden. Gelukkig hield Noël de zaak goed in de gaten en ook andere zeilers die langs kwamen controleerde de boot, de zeilen die we er nog op hadden staan werden zo ook door andere zeilers eraf gehaald. Dat was weer een zorg minder.

Niettemin waren we voortdurend druk in de weer om toestemming te krijgen toegelaten te worden in Suriname. Zowel Jos als Noël hielpen ons daarbij, maar vooralsnog lukte het niet, het desbetreffende bureau reageerde niet op mails, app's en de telefoon werd niet eens opgenomen.

Ook namen we contact op met de Nederlandse ambassade, die konden aanvankelijk ook niets doen, maar gelukkig kregen we contact met de consul, en kreeg het uiteindelijk wel voor elkaar. 21 november konden we terug met speciale toestemming op een repatrianten-vlucht.

 


Langzaam daalt het vliegtuig en zien we de Suriname opdoemen. We gaan al een beetje bekende plekken herkennen. We kunnen niet wachten tot we het vliegtuig uit mogen, helaas zullen we nog even moeten wachten. De passagiers mogen rij na rij het vliegtuig verlaten om vervolgens op het vliegveld de diverse Covid-procedures te doorlopen. Uiteraard zijn er mensen die niet willen wachten en toch zich naar voren dringen, ze worden door het cabine personeel weer teruggestuurd.

Het heeft voor ons nogal wat voeten in aarde gehad om met deze repatriantenvlucht mee te mogen. Suriname laat sinds maart 2020 geen buitenlanders meer het land in, ook wij niet, hoewel onze vele verzoeken om terug naar onze boot/huis te mogen. Mails en app’s werden niet beantwoord, telefoons niet opgenomen. Ook het consulaat in Amsterdam kon ons niet verder helpen, we werden er wanhopig van. Uiteindelijk hebben we contact opgenomen met de Nederlandse ambassade in Paramaribo, die konden ons ook niet verder helpen. Gelukkig na een mail waarin we aangaven ten einde raad te zijn, werd de consul ingeschakeld, toen ging het snel. Met twee weken zaten we in het vliegtuig.

Dat waren wel twee hectische weken, we stonden eigenlijk al 10 maanden hier al klaar voor maar de diverse dingen we wilden meenemen stonden op diverse plaatsen opgeslagen. Daarnaast moesten er nog zaken geregeld worden zoals tandarts bezoek, fysio, PCR test, quarantaine in Suriname etc. Maar we waren erg blij terug te mogen dus we hadden het er graag voor over. En op 20 november om 7 uur s ’morgens stonden we op een leeg Schiphol voor een overdrukke incheckbalie, ook weer een onwerkelijke beleving.


Na een uur wachten in het vliegtuig zijn wij er dan ook aan de beurt om de procedure te doorlopen en gaan we de vliegtuig trap af. De warmte komt als de spreekwoordelijke warme deken op je af maar gelukkig kunnen we doorlopen tot in de hal en hoeven niet in de zon te wachten.

Als alles in orde is mogen we door. We hadden graag gehad dat meneer Lok van taxi bedrijf Rishi ons op kwam halen maar de autoriteiten geven alleen bepaalde taxibedrijven toestemming om passagiers te vervoeren. We stappen in een taxi met een flink gezette chauffeur, hij is aardig en vertelt ons wat over de situatie in Suriname. We begrijpen dat de schrik voor corona hier er flink inzit. Op eens slaat de schrik toe bij de chauffeur en raakt hij lichtelijk in paniek, Hij heeft zijn vogeltje in het kooitje op het vliegveld laten staan. Veel mensen houden hier een zangvogeltje in kooitjes, elke zondag morgen verzamelen ze zich op het grote grasveld bij hetrgeringsgebouw in Paramaribo. Er wordt druk gebeld en ergens onderweg stopt hij en spreekt iemand aan, die wil zijn vogeltje wel even ophalen, dat geeft weer rust in de taxi.

Na een klein uurtje rijden en de onze eerste tropische regenbui sinds lange tijd arriveren we op Marina Waterland. Noël wacht ons al op, het bier en de frieten staan al klaar, een warm welkom.

 

De Windsong is weer snel opgepoetst

Als we de volgende morgen wakker worden schrikken we toch wel wat als we onze bruin uitgeslagen boot bij daglicht zien. Veel werk aan de winkel, vanwege de quarantaine die we op boot mogen uitzitten hebben we daar nu wel voldoende tijd voor, als ook het achterstallig onderhoud inhalen. We maakten ons flink zorgen om de watermaker die we niet geconditioneerd hadden achtergelaten, maar gelukkig na de diverse spoelbeurten blijkt die gewoon goed te werken.


Langzaam als de dagen voorbij gaan wennen we weer aan de tropen; brulapen, luiaards, vogels en helaas ook de muggen. Niettemin zijn we blij weer op onze boot en in Suriname te zijn.

Na 10 dagen is de quarantaine voorbij en mogen we vrij rond lopen. We zien weer de mensen die we tijdens ons vorig bezoek ontmoet hebben, ook komt Peter, de consul die ons geholpen heeft, met zijn vrouw Ank langs, we hebben een aangename middag.

Omdat we nu ook weer zelf kunnen rijden huren we een auto bij Rishi en kunnen zelf op pad en de dingen gaan zien die we de vorige keer moesten laten lopen.



Zo komen we weer langzaam in ons reisritme, we bezoeken prachtige plekken zoals ondermeer Fort Amsterdam, plantage Peperpot,  de Jodensavanne, Atjoni en maken een mooie korjaaltocht in de stroomversnellingen bij Bakaboto. Met Herbie en Maddie van het Amerikaanse zeiljacht Wisdom bezoeken we Brownsberg, de enige tocht die we met een gids kunnen doen. Vanwege de Covid restricties is er nog veel gesloten.

Plantage Peperpot



Plantage Peperpot


Plantage Peperpot
Jodensavanne


Jodensavanne


Kruispunt Atjoni

Op weg naar Bakaboto

Korjaaltocht op de rivier

Zwemmen in de stroomversnelling

Brownsberg

Brownsberg

Met Herbie en Maddy naar Brownsberg

Ook het dagelijks leven gaat door, we doen zelf onze boodschappen in die typische Surinaams-Chinese supermarkten, maar ook op de vers-markten langs de weg. Het valt ons telkens weer op hoe vriendelijk en hartelijk de mensen hier zijn.

Met kerstmis houden we een barbecue op de haven met de bemanning van de Choctaw en de Zeevalk, en dat doen we dunnetjes over op oudejaarsavond. Het is rustig op de Marina vanwege de lockdown, maar het vuurwerk bij de Bouterse buren is overweldigend.

 

Langzaam maken we ons op weer door te gaan, het kriebelt om weer op zee te zijn. Aanvankelijk wilden we naar Trinidad-Tobago, maar dat is nog steeds gesloten. Grenada is een mogelijkheid maar  met alle verplichte en dure PCR testen en lange quarantaine tijd niet erg aantrekkelijk. De keuze valt op Martinique. Na een ruim een jaar gaan we weer zeilen!!

 



Hindu begraafplaats in Paramaribo

 

 

Zonsopkomst over de Suriname rivier

 

Op 6 januari, vertrekken we uit Marina Waterland, uitgezwaaid door het team van de Marina en de bemanningen van de Choktaw en de Zeevalk, gaan we stroomafwaarts de Suriname rivier af. We passeren de vele nu voor ons bekende plekken die we zelf bezocht hebben.

Tegen de avond zijn we de riviermonding uit, we melden ons nog af bij de Kustwacht, die ons een een goede reis wenst en graag tot ziens! Met enige weemoed dat we altijd hebben bij vertrek zwaaien we nog even naar het Suriname en bedanken we de o zo vriendelijk bevolking voor de gastvrijheid. We zijn weer op de oceaan, hoewel het eerst nog wel wat als de Waddenzee uitziet met bruin water en vele ondieptes.

 

De tocht valt wel wat tegen, de zee is onrustig, en de wind komt meer van voren dan van opzij. Lang niet gevaren te hebben eist zijn tol, Yolanda wordt zeeziek en zou dat de hele reis van drie en een halve dag blijven. Ook krijgen we water binnen door de luiken, In Suriname zijn er tijdens de tropische regenbuien bakken water overheen gegaan zonder te lekken, maar dit is toch heftiger. Provisorisch proberen we het wat schoon te maken en in de rubbers in te smeren, maar helemaal dicht zijn ze toch niet. Weer een leermoment! Een ander probleem is het afbreken van de bouten van het roerlager. Zeker iets om op Martinique grondig aan te pakken

Na een toch redelijk snelle overtocht komen we na die en een halve dag aan bij Martinique. Als we de baai bij Le Marin binnen varen komt net onze Hollandse trots, de zeilende vrachtvaarder Tres Hombres naar buiten varen, we begroeten elkaar in het Nederlands. Het is een prachtig gezicht als we elkaar passeren.

De Tres Hombres vaart uit

 

Ankerbaai Le Marin



We gaan in de baai voor anker en rusten eens goed uit van de tocht. De volgende ochtend gaan we het land op en kunnen we ons weer verwennen met Frans eten in de supermarkten. Ondanks de Corona is er toch redelijke vrijheid hier.

We gaan ons opmaken voor groot onderhoud de komende tijd.

 

 

























Suriname december-januari 2020november-januari 2021


OP de Suriname rivier naar Marina Waterland


Je kunt een land op meerdere manieren leren kennen, als bewoner, toerist of andersinds. Wij kwamen als toerist, maar kwamen al direct in het zorgsysteem terecht en zagen zo ook andere kanten van Suriname. Onbedoeld bleek dat een verrijking van onze reis.
In een euforische stemming arriveerden wij op de de Suriname rivIer, en werden later bijzonder vriendelijk onthaald op Marina Waterland:"hallo lieve mensen" sprak de de medewerker en we voelden ons al direct thuis! 
Die stemming veranderde snel, Yolanda zag het afstapje niet op de natte vlonder, gleed uit en had een vreselijke pijn in de onderarm. Medewerkers van de Marina kwamen aangesneld, de arm werd gekoeld en en gespalkt. Direct een taxi gebeld bij het plaatselijke taxibedrijf Rishi. Die had eigenlijk geen chauffeur ter beschikking, maar vond zijn schoonvader bereid om te rijden. We konden nog wat lokaal geld lenen van andere zeilers omdat we dachten wel contant te moeten afrekenen.
Zo vertrokken we naar het academisch ziekenhuis in Paramaribo. De weg was slecht, had diepe kuilen en zeer druk, de chauffeur, een bijzonder vriendelijk man reed uiterst voorzichtig. Bij het ziekenhuis aangekomen hielp hij mee ons op de juiste afdeling te krijgen en bleef in de buurt.
De eerste hulp was meteen al bijzonder, er liepen zwaar bewapende mannen rond die zoals later bleek een crimineel moesten begeleiden. Maar de eerste indruk is dan toch, wat is dit voor een land.
We werden ontvangen door een arts die direct een opdracht gaf een foto te laten maken, we hadden geen idee wat inschatting was, wij hoopten nog steeds op een kneuzing!
Het was de fotolaborant die als eerste zei dat het er niet best uitzag, daarna kregen we van de arts te horen dat het de volgende dag in het gips gezet moest worden. Wat een domper!
Vervolgens kregen we de rekening die we direct moesten betalen en wel contant want aan Nederlandse bankpassen en credit cards deden ze niet, het was veel meer dan we bij ons hadden. De taxichauffeur stond erbij en trok zijn portemonnee, hij zou het wel even voorschieten, wat een opluchting. En terug gingen we weer voor een rit van bij à een uur door de drukken avondspits over de slechte wegen. Nog even langs de apotheek, gelukkig wist de chauffeur, meneer Lok, een goed adres op de route. Hoe de chauffeur heette kregen we niet te horen maar we meenden een keer, toen hij de telefoon opnam dat hij de naam Lok noemde, dus vanaf toen hebben we hem maar meneer Lok genoemd.
Toen het inmiddels donker was kwamen we weer in Marina Waterland aan waar iedereen ons opwachte en schrok van het nieuws, met een aantal schepen hadden we al een hele tijd opgetrokken en zouden we verder gaan. Het bleek dat dat er niet meer in zat. 
Ook Noël, de eigenaar vande Marina was inmiddels gearriveerd en op de hoogte. Hij wachte ons op en bood direct aan dat we even in een van de resort huisjes mochten overnachten omdat het onder de huidige omstandigheden niet verstandig was op de boot te overnachten. Daar waren we het mee eens, en we waren er ook erg blij mee.



Na een nacht in gewone bedden en airco, waren we toch weer wat bijgekomen, vroeg in de ochtend stond meneer Lok ons weer op,te wachten om naar het ziekenhuis te gaan. Het verkeer was rustiger in de ochtend, maar in Paramaribo nam de drukte weer toe. Bij een kruispunt in de buurt van het ziekenhuis werden we aangereden, ook dat nog! Gelukkig kwamen we met de schrik vrij. De man die ons aanreed verontschuldigde zich wel maar tijd om te wachten tot de formaliteiten afgehandeld waren hadden we niet dus zijn we gaan lopen naar het ziekenhuis en dat was best lastig langs een drukke weg zonder trottoir en vooral, als je met een gebroken arm in een spalk loopt de de temperatuur al aardig opliep.
We kwamen nog net op tijd bij het ziekenhuis aan waar we ons bij de afdeling meldde. Eerst een nummertje trekken om geregistreerd te worden dan weer in de rij voor de registratie en vervolgens weer wachten op de arts. De arts was een aardige man en straalde vakkundigheid uit, dat was geruststellend. Voor de arm in het gips kon moest de breuk eerst gerepositioneerd worden. Dat gebeurde in de gipskamer, drie mannen stonden aan de arm te trekken terwijl de arts de botten op hun plaats terug zette. Dat was een bijzondere pijnlijke ingreep, eentje waarbij je in Nederland een verdoving krijgt, hier dus niet!
Vervolgens ging het gips erom, niet met een mooi kleurtje maar gewoon wit. En nadat we nu in euro's hadden afgerekend bij de arts konden we terug, inmiddels was meneer Lok ook gearriveerd. Op de  terugweg reed hij nog even langs een geldautomaat en een paar winkels zodat we nog wat boodschappen konden doen.
Terug op Marina Waterland konden we eindelijk een beetje bijkomen van al die avonturen en ons verhaal doen bij onze zeilvrienden. We zouden onze plannen moeten gaan aanpassen, de leuke uitstapjes naar de binnenlanden die zij maakten moesten wij laten lopen. Bijkomende pech was dat Ad zijn rijbewijs op Tenerife was kwijtgeraakt zodat we ook geen auto konden huren en dus op anderen aangewezen waren.
Naast de mensen op Marina Waterland, kennen wij ook nog Jos die in Paramaribo woont. Een vriend die we al heel lang kenden vanuit de schooljaren. Uiteraard kwam die ook direct langs dat was een bijzonder fijn weerzien, we hebben veel bijgepraat en zijn bij Domburg gaan lunchen. Hij bood ook ditrect aan bij hem te komen logeren, maar dat vonden het nog te vroeg om direct al de boot en de zeilvrienden achter te laten. Hij hielp ons met de was en nog wat boodschappen.
In de kerstweek die volgde moesten we eerst nog langs de autoriteiten om in te klaren, dat verliep heel soepel. Daarnaast hebben we nog wat de toerist kunnen uithangen. Met een aantal andere bemanningen zijn we naar Paramaribo gegaan en bezochten we fort Zeelandia. Hier merk je dat de recente geschiedenis nog best leeft, de Decembermoorden liggen nog vers in het geheugen. De kogelgaten in de muur zijn nog goed zichtbaar. Een van de andere bezoekers in onze rondleiding was Kenny B, hij was destijds een onderhandelaar. Er werd nog bij een gedenkteken een bloemetje gelegd en een minuut stilte gehouden. Een en ander ging toch wat gereserveerd, dat merkte je ook bij de gids, Bouterse is uiteraard nog steeds president, hoewel het natuurlijk ook weer geen dictatuur is.
In vroegere tijden hebben in Fort vreselijke dingen onder Nederlands bewind plaatsgevonden waar je dan ook stil van wordt!
Binnenplaats Fort Zeelandia

Kenny B bij het monument


Kerstmis 2019, onze eerste in de tropen! De sfeer op de Marina was opperbest, op de steiger tussen de boten hebben we een heerlijke gemeenschappelijke barbeque georganiseerd. Iedereen had iets lekkers klaargemaakt.
Toen de jaarwisseling er aan kwam zijn we bij Jos gaan logeren, dat was even een leuke break en even fijn geen last van muggen en de hitte 's nachts te hebben. Zo kregen we ook wat mee van het dagelijks leven in Paramaribo en leerde we ook Surinamers kennen buiten het toeristen circuit. Weinig verschil eigenlijk, maar wel leuk om bij de mensen thuis langs te komen.
Naar de jaarwisseling gingen we weer terug aan boord. De sfeer op de Marina was iets aan het veranderen. Bijna iedereen was de vervolgreis aan het plannen en zouden al snel vertrekken, wij konden voorlopig nog niet weg. Het gips mocht er pas eind januari af, en de vraag was of de arm 'zeilklaar' zou zijn, waarschijnlijk niet. Dat drukte de stemming bij ons aan boord.
Wij zaten nog in het zorgsysteem, wij moesten weer terug naar het ziekenhuis voor een controle bezoek, meneer Lok bracht ons weer, dit keer bracht hij een zak sinaasappelen mee uit eigen tuin, wat vreselijk aardig.
In het ziekenhuis was het weer een drukte van belang en ging het er weer rommelig aan toe. Terwijl je dan zo zit te wachten vallen je diverse dingen op. De mensen werken wel achter een beeldscherm, maar dat is eigenlijk een eenvoudige agenda. Patiënt gegevens worden bijgehouden op kaarten, en het kan even duren voor ze jou kaart in uit de doos gevist hebben. Daarnaast verbaasde we ons over het aantal kinderen met een of beide onderbrengen in het gips, wat daar mee aan de hand was is nog steeds onduidelijk.
In elk geval bleek onze arts tevreden en konden we weer gaan, we hadden ons dagelijks uitje weer gehad. Inmiddels begon het bij ons wel te knagen of we dit verder in Suriname moesten afwachten of toch maar even naar Nederland te gaan. We wilden toch al begin 2020 naar Nederland om dingen te regelen, zoals een rijbewijs, kleinkind te zien en met de familie eens bij te praten. Omdat we een goed contact en veel vertrouwen hebben in de trauma chirurg in het ZMC, besloten we toch maar te gaan, in Januari daalde de prijs van de vliegtickets snel, de feestdagen zaten erop en er kwamen niet veel mensen meer over vanuit Nederland. We hakten de knoop door en boekten de vlucht van 20 januari, er viel meteen veel te regelen, een fit-to-fly verklaring van de arts in Suriname. De afspraak met de, arts in het ZMC, de tandarts, de mondhygiënische, en een spoedprocedure voor het rijbewijs. We zouden voor twee weken gaan en het paste precies in die periode.


Voor de fit to fly verklaring, moesten we dus weer terug naar het ziekenhuis, het gips moest opengezaagd worden, altijd spannend maar het ging goed. Bij terugkomst op de Marina kwam meneer Lok nog even aan boord, hij wilde dolgraag onze boot van binnen zien. Tijdens de rondleiding filmde hij het allemaal om het ook zijn kleinkind te kunnen laten zien. Bij een volgend ritje zou hij voor ons een pompelmoes voor ons meebrengen. Wij leerden ook veel van hem over het reilen en zeilen in In Suriname, en de omgang tussen de verschillende bevolkingsgroepen. Het viel ons ook op dat de chinese bevolkingsgroep het minst mengde, hoewel ze bijna alle supermarkten in handen hadden communiceerde die het slechts. Ze houden zich ook tamelijk afzijdig van de Surinaamse samenleving.
Ook niet echt populair voornamelijk vanwege hun rij gedrag zijn de zgn. boscreolen. Je schrikt er ook flink van als zo'n grote fourwheel-drive je inhaalt waar het helemaal niet kan en iedereen de berm in moet schieten.
Nog niet alle boten waren vertrokken uit de Marina, de Gaia met Anke en Keimpe, was als laatste binnengekomen en zij hadden nog niet zoveel gezien. Met hun zijn we naar de Vlindertuin geweest, toch even een leuk uitstapje. We genoten van de vele soorten vlinders die daar gekweekt werden voor export naar diverse dierentuinen over de hele wereld.
In de Vlindertuin


Inmiddels naderde de datum van de terugreis, we troffen de voorbereidingen om de boot voor twee weken achter te laten. Verzamelde bagage voor de winterse temperaturen in Nederland.
Meneer Lok bracht ons naar het vliegveld en gaf nog wat sinaasappelen mee voor ons kleinkind. Die moesten we maar door de check heen smokkelen.



Op 21 januari landde we op een koud maar zonnig Schiphol.